dinsdag 16 december 2008

Als de stoppen doorslaan...

Zondagavond zag ik een documentaire van Zembla met de titel Zwakbegaafd en opgesloten. De documentaire gaf een beeld van het gebruik van opsluiting bij zwakbegaafden. Mag je mensen die ziek zijn opsluiten?, is de vraag die ten grondslag lag aan de documentaire. Nee, natuurlijk niet. Niet zomaar, was het antwoord van de hulpverleners. Maar in sommige gevallen kan het niet anders. De documentaire laat de worsteling van hulpverleners zien met aan de ene kant hun ideaal van goede hulpverlening en aan de andere kant de realiteit van beperkte middelen. En het vertelt natuurlijk het verhaal van de mensen die dit lot beschoren is.

Een van de bewoners is Richard. Richard is een jongen die, zoals hij zelf zegt: "snel geïrriteerd is". Hij raakt dan zo geïrriteerd dat hij gaat gooien en smijten. Daarom is zijn slaapkamer ingericht als een cel. Zijn bed is in de  grond verankerd, het tv-toestel en de klok staan achter onbreekbaar glas. Dat is nodig, legt Richard zelf uit, want anders gaat hij met het bed gooien. Omdat Richard snel geïrriteerd is, kan hij geen activiteiten in een groep doen. Hij zit dan ook alle dagen op zijn kamer, of hij beweegt even op het terras, dat door hoge hekken is omgeven. Als hij er uit wil, kan dat alleen onder begeleiding van een hulpverlener. Dat is dus een luxe.

We krijgen ook even een indruk hoe het gaat als Richard geïrriteerd is. Zijn kussensloop is niet op de juiste manier om het kussen getrokken. En daardoor slaan bij Richard alle stoppen door. De begeleidster mag op zo'n moment zijn cel niet alleen in. Dat mag alleen met twee hulpverleners. En die zijn er op het moment van de uitbarsting niet. Je hoort hoe Richard schopt en beukt en de begeleidster uitmaakt voor kankerhoer, teringwijf. Hij wenst haar van alles toe en is dreigend in zijn taalgebruik.

Een aandoenlijk fragment komt uit het interview met Richard. Hij is hulpeloos in zijn woedebeheersing. Hij weet dat het niet deugt, maar hij kan het niet helpen. Er is geen medicijn voor en ook geen andere behandeling. Hij vertelt dat de hulpverleners "het ook niet leuk vinden dat ik zo doe. Maar ze zeggen altijd: daar staan zoveel leuke momenten met jou tegenover." Het is duidelijk dat dat werkelijk tekst van de hulpverleners is. En dat ontroert me dan. Voor zulke hulpverleners neem ik mijn petje af.
De documentaire kan nog bekeken worden bij Uitzending gemist.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten