zaterdag 28 april 2012

Van nicht tot nicht

Mijn moeder komt uit een groot gezin. Ze is de oudste dochter. En haar broers en zussen hebben ook weer kinderen gekregen. Zo beschik ik alleen al van moeders kant over een flink aantal neven en nichten. Veel neven en nichten woonden bij ons in het dorp. Met hen hadden we als vanzelfsprekend contact. Maar we hadden natuurlijk ook neven en nichten buiten het dorp. Het meeste contact hadden we dan met onze nichten uit Loppersum, die qua leeftijd ook dicht bij ons lagen. Aarzelende pogingen om te gaan logeren -helden waren wij niet op dat gebied- werden daar ondernomen. Zij woonden aan het spoor en beschikten over een mooi zoutwaterbad. Dat waren voorzieningen waar we in ons dorp niet over konden beschikken. Niet dat we daar veel van meekregen, want onze logeerpartijen waren van zeer korte duur.

Gemakkelijker was het als zij kwamen logeren. En dat gebeurde ook nog wel eens. Vaak kwamen ze dan bij oma logeren, die natuurlijk ook in het dorp woonde. We konden het goed met elkaar vinden. J. en ik verschilden een jaar in leeftijd, dan kwam mijn zus en dan haar zusje. Zo waren we een in leeftijd aansluitend kwartet. Qua leeftijd lagen J. en ik dicht bij elkaar, maar qua karakter en interesses liepen we uiteen. Ze was stukken sportiever en misschien ook wel impulsiever dan ik. Ik was meer een boekenwurm. Voor het familiegevoel maakten al deze verschillen geen enkel verschil.

Ooit schreef ze eens een zelfbedacht versje in mijn poëziealbum. Later en nu ook nog, vond ik het prachtig. Het zegt namelijk veel over haar karakter. Maar toen kon ik het niet echt waarderen: ik wilde een 'echt' versje dat netjes geschreven was, zonder schrijf- en taalfouten of doorhalingen. Maar dit werd het.

Als het van een ander kind was geweest, had ik de bladzijde ongetwijfeld verwijderd, maar omdat het om mijn nichtje ging -en het bloed kruipt waar het niet kan gaan- liet ik het zitten. Gelukkig maar. 

Toen we ouder werden stelde oma onze nichtjes regelmatig als voorbeeld: ze waren blijkbaar minder vrijgevochten dan wij. Mijn ouders hadden er naar oma's smaak minder de wind onder. Dat uitte zich bijvoorbeeld in onze kapsels. "J. had haar haar weer zo mooi geknipt", zei oma dan als ik mijn lange haren voor mijn ogen wegschoof. Ik ging nooit naar een kapper. Mijn tante -kapster van huis uit- knipte de punten van mijn lange haren bij en de pony nam ik zelf voor mijn rekening. Die draaide ik in een rolletje en dan knipte ik er een heel klein stukje af. Dat gaf het gewenste slordige effect. 

Nog steeds is ze denk ik beter gekapt dan ik. Vandaag viert ze een feestje omdat ze vijftig is geworden. En daarbij ben ik natuurlijk graag van de partij, want ook al hebben we niet heel veel contact, de basis is goed. Zo is zij die ene trouwe volger onderaan mijn blog.

2 opmerkingen:

  1. Het is duidelijk waarom het schrijven jou meer ligt dan mij..... Ik heb weer andere kwaliteiten... haha. Ik voel me vereerd dat er een keer een blog aan mij besteed is.....

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Was een briljant stukje poëzie van jou toch! En superpersoonlijk ook. Volgens mij heb je het geschreven toen je een keer bij oma logeerde.

    BeantwoordenVerwijderen