donderdag 7 maart 2019

Herinneringen kies je niet

Donkere momenten
Vorig jaar woonde ik rond deze tijd een herdenking bij. We herdachten het lot van vier joodse psychiatrische patiënten. Zij werden in de Tweede Wereldoorlog vanuit Wagenborgen via Westerbork naar Sobibor getransporteerd en daar vergast. Omdat ze joods waren, omdat ze psychiatrisch patiënt waren. Dat is te erg voor woorden. Toch proberen we er ieder jaar weer woorden voor te vinden. Om het nooit meer te vergeten.

Broos, maar ook sterk

Omdat ik vorig jaar een rol speelde in het programma, schud ik de handen van de mensen die bij het programma betrokken zijn. Onder hen is een hoogbejaarde joodse man. Hij is een overlevende van de holocaust. Ieder jaar levert hij een bijdrage aan het programma. Met zijn exotische uiterlijk valt hij op onder het overwegend Oost-Groningse publiek. Hij draagt een randloos zwart met goudgalon bewerkt hoofddeksel. Zijn lange grijze baard wappert zachtjes in de wind. Hij oogt broos, maar ook sterk.


Beschadigd

In het middagprogramma spreekt hij. Zijn stem hees en gebroken, maar zelf is hij ongebroken. Beschadigd - dat wel. Zichtbaar en onzichtbaar, vertelt hij. Voor altijd. Hij vertelt dat hij herinnert - maar dat hij het zich liever niet zou herinneren. Herinneringen kies je nou eenmaal niet. Die heb je.


Voorwoordelijk

Ik weet nog dat ik zelf als meisje voor het eerst beelden zag uit de concentratiekampen. Ze zijn me voor altijd op het netvlies gebrand.  'Ik had het liever niet geweten', zei onze zoon toen hij nog maar een jongetje was. Op de  basisschool had hij een filmpje gezien over het lot van de joden. Hoe moet dat zijn als je daar onderdeel van uit hebt gemaakt? Als jij dat was - als die beelden jouw herinneringen zijn? Dat is 'voorwoordelijk' - daar zijn geen woorden voor. Hoe sterk is het dan als je daar toch woorden bij weet te vinden, jaar na jaar, tot meer dan 70 jaar na dato.

Hebt u mij gehoord?

Naderhand spreek ik hem nog even. Ik vertel hem dat ik erg onder de indruk was van zijn verhaal. 'Hebt u mij gehoord mevrouw?', vraagt hij. En hij herhaalt: 'Hebt u mij gehoord?'. 'Ik heb u gehoord', zeg ik. 'Ik vertelde dat ik beschadigd ben. Ook onzichtbaar - in mijn hoofd. Dat gaat nooit meer over.' Hij heeft er hulp voor gehad. Maar op den duur stopte dat. Het werd niet meer vergoed. Voor hem stopt het nooit meer. 'We hebben onze weg erin gevonden', zegt hij. 'We redden ons ermee', zegt zijn vrouw. Ze gaan. Hij groet: 'Tot volgend jaar in Jeruzalem'.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten