dinsdag 30 april 2013

Was Claus er nog maar bij

Vandaag zat ik bijna de hele dag gekluisterd aan de buis. Dat was niet wat ik vooraf van plan was, maar gaandeweg groeide ik erin. Natuurlijk was maar een klein deel van alle uitzendingen actie. Het grootste deel was analyse en napraten. Maar daar ben ik toevallig ook dol op. Ieder handgebaar, iedere oogwenk en iedere spiertrekking worden door diverse deskundigen geanalyseerd. En daar doe ik graag aan mee.

Zo komt in een van de analyses ook de afscheidsspeech van Beatrix nog aan de orde. Niet door iedereen wordt de verwijzing naar prins Claus begrepen. Afstandelijk vonden sommigen het, omdat ze over 'prins Claus' sprak, terwijl het haar man was. En was het niet duidelijk dat hij belangrijk was voor haar en voor de familie? Ik snap het wel. Dit is mijn analyse. Claus had als prins-gemaal totaal geen armslag. Hij kon zijn talenten niet benutten en was als het ware vleugellam. Dat is zijn hele leven een worsteling gebleven. Hij zat in een gouden kooitje. Dat vrat hem zelfs dusdanig op dat hij er ziek van werd. Met haar woorden zette Beatrix Claus ineens op het staatsrechtelijke hoofdpodium: zo belangrijk is hij geweest. Het is een postuum eerbetoon. Zijn rol was vanzelfsprekend binnen de familie erg belangrijk, maar niet alleen daar: dat strekte veel verder. Zijn rol is voor het hele land van betekenis geweest. Vandaag was hij er niet meer bij. Meer dan eens zal er ook vandaag gedacht zijn: Was Claus er nog maar bij. Maar door hem zo op het toneel te zetten, was hij er toch een klein beetje bij en zal hij er altijd bij zijn - ook voor ons. Mooi.

maandag 29 april 2013

Fast Tod Erlebnis

Vandaag reisde ik met de jongste naar Leer. In het kader van haar tweetalige opleiding, liep ze daar een tijd geleden namelijk stage. Om zoveel mogelijk in contact te raken met Duitsers en zoveel mogelijk Duits te praten, werd ze in een schoenenwinkel geplaatst. Een betere plek hadden ze voor haar niet kunnen kiezen. Ze is dol op schoenen en ze is erg behulpzaam van aard. Ze beviel dan ook uitstekend. Na haar stage mocht ze een paar schoenen uitzoeken en ze kreeg bovendien nog een bon voor een ander paar schoenen.


Die bon wilde ze vandaag graag inwisselen. Ze had zich al voorbereid met veldonderzoek op internet. Vanmiddag liepen we dan ook rechtstreeks naar de schoenenzaak. Het weerzien met de 'Kollegen' was allerhartelijkst. Omdat ze er de weg weet, loopt ze doelgericht naar de hoek met de pumps in grote maten. Het eerste paar pumps dat ze aantrekt is zwart-wit gestreept met rode hakken en een rode strik. Daarna past ze ongeveer alle schoenen die er in haar maat zijn. Deze eerste ronde leidt niet tot een keuze. We gaan eerst Leer nog even verder verkennen om later nog eens terug te gaan. Ondertussen denkt ze na.

Een aantal uren later staan we weer in de schoenenzaak. Opnieuw doet ze een ronde langs de beschikbare pumps. En dan -na uitgebreid wikken en wegen- kiest ze voor de zwart-wit gestreepte pumps die ze als eerste paste. Niet de meest praktische keuze, maar wel de meest glamoureuze. "Heel mooi, zwarte broek aan, zwart shirt aan en dan zo snel mogelijk gaan zitten", zeg ik. Volgens haar valt dat heel erg mee. Misschien heeft ze gelijk: zij ging namelijk vanmiddag op haar andere pumps de stad in. Geen centje pijn. Ik koos voor een bescheiden wandelhak, maar voor mij was het wel een bijna-dood-ervaring, auf Deutsch: ein Fast Tod Erlebnis. Denk ik.

vrijdag 26 april 2013

Geen last van goede smaak

Ooit woonde ik een presentatie bij. De spreker vertelde dat hij met behulp van social media de weg naar een fantastische cultfilm had gevonden. Niet omdat hij zelf nou zo'n cultfilmliefhebber was, maar omdat hij niet zomaar een filmpje kon kijken. Zijn vriendin was namelijk kunstenares. Het moest dus wel echt iets zijn. Zij moest niet denken dat hij niet beschikte over een goede smaak. Die relatie had geen schijn van kans, dat is natuurlijk duidelijk.

Van goede smaak heb ik geen last. Dat weet E. allang. Maar soms gaat het zelfs E. te ver. "Ik wist niet wat ik zag", zegt E. Hij ontdekte een bedrag van €0,99 op de rekening van KPN. "En weet je waarvoor?", zegt E. Ik zou het zo snel niet kunnen bedenken, maar ik vermoed dat het is voor het kijken van een filmpje. Ideaal vind ik dat: die videotheek in je tv. "Voor het herbekijken van Hotter than my daughter. Dieper kun je toch niet zinken", aldus E. Nou weet ik het weer. RTL vraagt geld voor het terugkijken van haar programma's. Treurig maar waar, maar het moest echt even. "Toen had ik een dipje", zegt de jongste. En waar knap je nou meer van op dan van het kijken naar Hotter than my daughter? Het was duidelijk een noodgeval.



donderdag 25 april 2013

Mum's car

Sinds vandaag ben ik de moeder van twee kinderen met een rijbewijs! Onze zoon haalde vandaag namelijk zijn rijbewijs. In een keer! Dat is natuurlijk geweldig. One small step for mankind but a giant leap for man. (Om maar eens een beroemde oneliner naar eigen smaak en inzicht te verdraaien.)

Wel komt er met al die rijdende kinderen natuurlijk meer druk te staan op de ene auto die wij bezitten. Nou zit de oudste in Enschede en als zij in het weekend gebruik wil maken van de auto, is dat geen probleem. Onze zoon woont echter nog thuis en hij is bovendien van het sterk uithuizige type. Dus hij zal veel vaker een beroep doen op de auto.

Voordat hij begon met autorijden zei ik al eens tegen E: "Als we zelf ooit nog weer auto willen rijden als hij zijn rijbewijs heeft, dan zal er toch nog wel een auto bij moeten." Maar goed, daar zal hij zelf dan ook aan bij moeten dragen.

Vanmiddag belde hij zijn vader op na zijn succesvolle examen. "Bel de garage maar", zei hij. De laatste keren dat onze auto in onderhoud was, ging hij namelijk al even mee om auto's te spotten. Ter voorbereiding.  Maar zover is het nog niet. Hij zal eerst vooral gebruik maken van onze auto. Om de feestvreugde te verhogen kocht ik vandaag twee sleutelhangers voor hem: een stoere zonder tekst voor aan zijn spijkerbroek en eentje met daarop I love my car. Voor als het moment daar is. Voor mezelf kocht ik er ook eentje met daarop: Mum's car. Om de zaken maar even scherp te stellen.

maandag 22 april 2013

Huisje, boompje, Barbie

Ik geef het eerlijk toe: ik kijk graag naar Huisje, boompje, Barbie. Is het erg? Ja, het is heel erg, maar ook heel fascinerend. Ik zal de mensen die Mike en Samantha (Barbie) nog niet kennen even bijpraten. Barbie maakte haar debuut als blonde hitsige Barbie in Oh Oh Cherso. Dat heb ik niet echt gevolgd, maar genoeg om te weten dat het vooral ging om zuipuh en neukuh en dat liefst in combinatie. Vanwege het verpletterende succes reisde dezelfde groep ook nog eens naar Tirol. Dat is helemaal aan mij voorbij gegaan. Ergens tussen alle programma's door heeft Barbie Mike ontmoet. En met hem heeft ze snel een kindje gemaakt. Natuurlijk was dat een mooie gelegenheid om de nieuwe reality soap Barbie's baby te maken. Ook die serie is min of meer aan mij voorbijgegaan. Nu Barbie een gezinnetje heeft, is Huisje, boompje, Barbie natuurlijk een logisch vervolg. En nu doe ik mee!

Aan het begin van de serie wonen Mike en Samantha nog in Den Haag naast de ouders van Barbie. Maar als Barbie geesten in huis ontdekt, dan wordt het toch echt tijd om te verhuizen. Tussendoor is er nog een rechtszaak waarin Mike en Barbie van mishandeling worden beschuldigd en worden Barbies borsten vergroot. Dat levert natuurlijk de nodige stress op. En met stress weten Mike en Barbie niet echt goed om te gaan. Hun huwelijk staat voortdurend op springen. Dat ze de hele dag worden achtervolgd door camera's zal ook wel niet helpen. Dan zou mijn huwelijk ook gegarandeerd op springen staan.

Vorige week wilde Barbie ineens naar de kerk. Met een verdwaasde, verwilderde blik kijkt ze in de camera. Mike, die in dezelfde aflevering een haartransplantatie ondergaat, begrijpt de plotselinge devotie van Barbie niet. In zijn trainingsbroek hangt hij op de bank. "Jij bent ook gek he, jij. In God gelovuh. God bestaat toch niet." Maar Barbie wil er niets van horen. Ze wil in gesprek met God en waar kun je dat nou beter doen dan in de kerk? Dus begeleidt haar manager haar naar de kerk. Maar de kerk is een kale jaren '70 locatie, ontdaan van alle kitsch en glitter waar Barbie zich doorgaans mee omringt. Het valt dan ook tegen: de ontluikende devotie wordt keihard de nek omgedraaid. "Er zijn hier ook helemaal geen dieruh... ik dacht dat er wel geituh zouden zijn...", kweelt Barbie. Als ze in de camera kijkt, geloof ik haar niet. Dit is vast in scene gezet. Zo wereldvreemd en gek kun je toch niet zijn. Of wel? Ik kijk in ieder geval morgen weer. 

zondag 21 april 2013

Met een extra zachte borstel

Als we vroeger naar de bakker gingen, dan riep mijn oma van de overkant van het diep: Nemst  mie ook eevm n stoetje mit? Destijds had ik daar een hekel aan. Maar nu snap ik het wel: mijn oma liep moeilijk en als ik toch al liep, dan kon ik toch makkelijk een broodje voor haar meenemen? Ik loop niet moeilijk, maar nu we verder van de winkels wonen, heb ik ook de neiging om verzamelopdrachten te geven. Dus zo vraag ik E. als hij even naar de bakker rijdt: "Neem je voor mij even borstelkopjes mee?" Ik heb als enige hier in huis een elektrische tandenborstel. In de veronderstelling dat ik nog een hele voorraad had, gooide ik mijn versleten borstelkopje weg voor ik de voorraad controleerde. Naar mijn idee had ik een grootverpakking borstelkopjes aangeschaft. Dat zat tussen de oren. Maar na een tevergeefse hardnekkige zoektocht langs alle kastjes en alle mandjes moet ik wel tot de conclusie komen dat dat een megadeal van voor de brand was.

Even later komt E. met brood en borstelkopjes over. "Ik kon geen andere vinden", zegt hij. Hij haalt twee rode miniborstelkopjes uit de tas met afbeeldingen van Goofy en Mickey. "Ja, het zijn borstelkopjes", pareert hij mijn blik. De jongste leest geamuseerd voor: "Met een extra zachte borstel voor het jonge gebit." "Past het eigenlijk wel?", vraag ik me af. Het blijkt te passen. En nu borstel ik dus met Goofy. Extra zacht en met een klein borsteltje voor mijn volwassen gebit. Het is alsof je het gras knipt met een schaar, alsof je de tuin omspit met een lepel. Maar goed: ze worden schoon. Het staat best wel vrolijk en het verhoogt mijn poetsplezier zeker. Dus dat het allemaal iets langer duurt is ook geen probleem.

vrijdag 19 april 2013

Creatief met ***cupcakes

"Kijk oranje popcakes!", zegt de jongste die in de Hallo Jumbo zit te bladeren."Je ziet ze echt overal." Ze is er sinds ze zelf een popcakemaker heeft bovenmatig in geïnteresseerd. "Ja", zegt E. "Dat stond deze week ook in de NRC. Popcakes zijn nu populairder dan cupcakes." Dat is wel bijzonder als je nagaat hoe populair cupcakes zijn. Die zie je namelijk ook in alle vormen en uiteenlopend gedecoreerd voorbijkomen. De jongste schiet in de lach. "Weet je nog wel, die foto die ik je laatst stuurde?", zegt de jongste. Hoe zou ik het kunnen vergeten. Het waren cupcakes gedecoreerd als vagina's, echte kutcakes zeg maar. "Ja tuurlijk weet ik dat nog", zeg ik. "Maar bij welke gelegenheid serveer je die? Wanneer past zoiets nou?", denk ik hardop. "Bij de presentatie van de bundel Kutgedichten?"*, zegt E. Ja, dat zou een goede gelegenheid zijn geweest. En dan schiet mij er ook eentje te binnen: "Of bij de Vaginamonologen", vul ik aan. Maar goed, hier thuis zie ik er vooralsnog geen gelegenheid voor.



Duidelijk geen sprake van een Brazilian wax.















Verzamelbundel met gedichten over het vrouwelijke geslachtsorgaan, uitgegeven bij Uitgeverij De Passage

donderdag 18 april 2013

Aardig zijn als virus

Deze video deelde de jongste op facebook. Het is een video van Life vest inside - because kindness keeps the world afloat. Het is niet toevallig dat zij dit deelt: ze is namelijk een aardig kind. Soms misschien wel een beetje te lief en aardig. Daar is de wereld niet op gebouwd. En de middelbare school zeker niet. Aardig zijn voor elkaar is er bij pubers al helemaal niet bij. En dat is toch wel jammer, want van een beetje aardigheid gaat de wereld er zoveel mooier uitzien.

Sinds januari zit ze op karate. Dat is een vechtsport, waarbij ze over het algemeen bijzonder aardig voor elkaar zijn. Maar er wordt wel gevochten natuurlijk. Gisteravond komt ze thuis met een rode neus. Ze heeft twee tikken op de neus gehad. Daar staat tegenover dat zij iemand een bloedneus heeft geslagen. "Oh", zeg ik geschrokken "heb je ook sorry gezegd?". "Nee natuurlijk niet", zegt ze. "Het is wel een vechtsport mam." Maar goed, vandaag deelt ze dan weer deze video. Want ze is en blijft een aardig kind. Bij de video staat een oproep om de video te delen: Let's make kindness go viral. Ik heb mijn steentje bijgedragen: aardig zijn mag van mij een virus worden.


woensdag 17 april 2013

Geblikt en gedrained

Je leert je kinderen praten. Daar doe je je uiterste best voor. Mijn moeder vertelt altijd dat mijn opa tegen haar zei toen ik kon praten: "Nou hest heur aan de proat, krieg heur nou mor weer es stil." En ja, dat valt bij mij niet altijd mee. Dat geldt ook voor onze kinderen. Het zijn niet allemaal even drukke praters, maar praten kunnen ze.

Toen ze klein waren, leerden ze alle woorden van ons. En nu leren zij ons regelmatig nieuwe woorden. Zoals onze oudste bijvoorbeeld. Een tijd geleden had ze in het weekend een roeiwedstrijd. Ik whatsapp even met haar waar ze zich in het land bevindt, want ze had een druk weekendprogramma. Dan laat ze me weten dat ze nog in Tilburg is, waar ze moest roeien, omdat een van hun teams 'geblikt' heeft. Een van de teams had dus een medaille gewonnen.

Vanavond informeer ik via facebook hoe het met haar tentamens is gegaan. "Een soort van aardig", laat ze me weten. En verder laat ze me weten dat ze volledig 'gedrained' is. Dat geeft mij 0,0 informatie over haar gesteldheid, dus rest mij niets anders dan een doorvraag te stellen: "Wat is in vredesnaam 'gedrained'?" "Leeggelopen, dood, geen hoofdinhoud, al het verstand en alle energie is uit je gesuckt, zoiets", licht ze toe. En later ervaar ik dat dat inderdaad het geval is. Ik probeer haar te vertellen over de vorderingen die we vandaag maakten op het gebied van raambekleding, maar ze weet niet eens meer wat luxaflex is. En ook de term 'plissé' zegt haar helemaal niets. Dus dat gesprek stellen we maar even uit tot morgen.

zondag 14 april 2013

Lekker snabbelen

"Ik ga zo nog wel even lekker snabbelen", zegt de jongste. Ze is alleen thuis met haar vader en mij. "Ik heb een zakje snoep van mama gekregen".  Ze is zeer creatief met taal. Al vanaf haar kleuterjaren verzint ze zelf woorden. "Je hebt snacken en knabbelen", zegt E. "Schnabbelen is wat artiesten doen. Die hebben dan een klein optreden en dat noemen ze een schnabbel. En ik denk niet dat je dat bedoelt; dat je voor ons gaat optreden. Snabbelen bestaat niet." Ze is totaal niet onder de indruk. "Nou ik bedoel anders wel snabbelen. Zo noem ik het: het is gewoon een samenvoeging", zegt ze. Sommige dingen veranderen niet.

zaterdag 13 april 2013

5 haves om mee te verhuizen


De afgelopen twee dagen zou de dekvloer op de vloerverwarming worden gestort. Maar dat is niet helemaal gelukt. Vandaag zijn ze nog bezig met het storten van de benedenvloer. Al met al begint het er steeds meer op te lijken. Er blijven steeds minder zaken over om te regelen. Genoeg, maar toch steeds minder. Vandaag heb ik de ruimte om even lekker aan te rotzooien. Ergens achter in mijn hoofd kriebelt het nog wel een beetje: ik wil eigenlijk achter raambekleding en horren aan. Maar dat kan woensdag ook nog wel op mijn vrije dag. Vandaag ga ik even lekker sneupen in de plaatselijke kringloopwinkels. Even kijken of er nog echte musthaves liggen. Alhoewel... Als ik een ding geleerd heb in het afgelopen jaar, dan is het wel dat er geen musthaves zijn. Het zijn haves. Het moet niet. Het is leuk, maar niet noodzakelijk.

Dus op jacht naar haves, samen met de jongste. In De Graanschuur, de christelijke kringloop hier ter plaatse, scoor ik een beplakt ganzenei en de jongste een koebel. Het ganzenei wil ik onderaan ons kaartenrek hangen en de jongste heeft grote plannen met de koebel. "Het mooiste van die spullen vind ik dat er een verhaal aan zit.", zegt ze. "Zoals deze koebel bijvoorbeeld. Misschien was die wel van een boer die deze had voor een kalfje. Want je kunt zien dat het maar een kort lint is, dus hij is niet van een koe geweest." "Het is een souvenir", zeg ik. "Er staat Valkenburg op." "Dat weet je niet", zegt ze. "Misschien moest die boer al zijn dieren wel wegdoen en werd het gewoon te emotioneel voor hem om die bel te houden." Ik vermoed dat dit niet het verhaal achter de bel is, maar ik kan me volledig vinden in haar punt: het zijn spullen met een verhaal.

In de andere kringloop vind ik een houten beeld van drie zingende zwarte mannen. Ik word er heel vrolijk van en ik aarzel niet- ik herken 'm feilloos+ : dit is een echte have. Je kunt er verder niets mee, je wordt er alleen maar blij van. De jongste vindt verder nog een hoefijzer en ik koop voor een euro nog een twee art deco boekensteunen. Voldaan keren we huiswaarts: weer vijf dingen erbij om te verhuizen.

donderdag 11 april 2013

One handshake away

De wereld is maar klein. Natuurlijk omdat we internet hebben, maar dat niet alleen. Dat werd vanmiddag wel weer duidelijk. De baas sprak tijdens een kleine pauze over het grote speelveld waarop hij zich dag in dag uit begeeft. Dat steekt natuurlijk schril af bij het Mickey Mouse-veld waar ik op speel. Over enige tijd zal de baas bij Ronald Koeman aan tafel schuiven. Die treft hij dan op zijn speelveld, zeg maar. Binnenkort ben ik dus one handshake away van Ronald Koeman.

Maar goed, ik ben nog niet echt onder de indruk. Mijn zwager tekende gisteren namelijk een overeenkomst in het bijzijn van Poetin. Dus zit ik one handshake away van Poetin. Dan spreek je toch over een wereldspeelveld. De baas zit dan automatisch two handshakes away van Poetin. De baas gooit vervolgens royalty in de strijd. Hij is one handshake away van de koningin, Willem Alexander en Maxima. Voor mij geldt dan weer dat ik two handshakes away ben van de koningin, Willem Alexander en Maxima. Royalty, BN-ers, we zitten er dus maar een paar handshakes vanaf, hij op zijn grote speelveld en ik op mijn Mickey Mouse-speelveld. Wel een leuk speelveld trouwens, dat Mickey Mouse-speelveld van mij. Vorige week nog trof ik er Johnny de Mol. Met hem stond ik op Schiphol borst aan borst op een loopband. Daar was strikt genomen natuurlijk geen sprake van een handshake, eerder van een tietshake. De wereld is binnen hand- of tietbereik.

woensdag 10 april 2013

Hoogtepunt: de deur gaat weer op slot!

Hier nog niet, maar nu gaat de deur op slot!
Ik was vandaag maar liefst twee keer op de bouw. Vandaag was een nog groter hoogtepunt dan het hoogste punt. Vanaf vandaag gaat de deur namelijk weer op slot!  En daarmee is het geen bouwplaats meer, maar een huis. Een huis waar nog hard aan gewerkt wordt, dat wel.

Het was vanmorgen een drukte van belang. De schilder was nog op de steiger bezig. Ik informeer hem over de gewenste kleurstelling. We praten nog even met elkaar van schilder tot amateurschilder. Het voorbereidend werk is 70% van het werk, aldus de schilder. Ik heb het vaak genoeg gedaan om te weten dat hij gelijk heeft. Hij is nu dus nog bezig met het voorbereidende werk. 30.000 gaatjes moet hij nog vullen, naar eigen zeggen.

Binnen zijn de installateurs bezig. De vloerverwarming ligt er al. Morgen wordt een begin gemaakt met het storten van de dekvloer. Dat kan dan dit weekend mooi drogen. Er wordt immers mooi weer verwacht.

Volgende week wordt het plafond afgewerkt. Dan moeten we ons verlichtingsplan ook op orde hebben. In ons tijdelijke onderkomen is het verlichtingsplan niet goed op orde. We vechten elkaar van de bank af om die ene plek met goed gericht licht. Aan sfeerverlichting geen gebrek. Maar dat zal ons in het nieuwe huis niet weer overkomen. Na wikken en wegen, kijken en meten, komen E. en ik  tot de conclusie dat we in de kamer maar liefst 18 spotjes in het plafond nodig hebben. Het zal ons niet weer overkomen dat we ongewild zitten te schemeren!

E. maakt een tekening van ons uitgekiende verlichtingsplan en stuurt het naar de installateur. Die laat ons weten dat 18 spotjes wel een beetje veel is. We mogen er nog wel even over nadenken... De mannen op de werkvloer zijn minder diplomatiek: zij vinden dat we er een discotheek van maken. Nou zijn wij nog wel van de discotijd, maar dat is toch niet de bedoeling. Hoogste tijd om een professional in te schakelen. Die spreken we vanmiddag. Er zit schot in; we maken de belangrijkste keuzes en zo is dat dan ook weer geregeld.  De expert vond 18 spotjes ook een beetje overdreven, dus het zijn er iets minder geworden. Maar hoe dan ook: we hoeven in de toekomst niet meer te vechten om de best verlichte plek!

maandag 8 april 2013

Overstroming door het hondje


Onze buren hebben een hondje. Ze hebben het hondje nou zo'n drie weken. En nog steeds blaft het hondje als hij alleen gelaten wordt. Misschien speelt mee dat ze om de week ergens anders wonen. Dus het hondje moet aan twee plekken wennen. Het is een echte volhouder. Regelmatig horen we hem ook 's nachts nog. "Ik heb slecht geslapen", zegt onze zoon. "die hond blafte weer".  En inderdaad, ook vannacht blafte het hondje weer.
Deze lijkt wel op de puppy van de buren

Gisteravond rond een uur of half elf begon het blaffen. "Ik vind het zielig", zeg ik tegen E. als ik het hondje weer hoor. "Het is een hond", zegt E. Daarmee is voor hem de zaak afgedaan. "Maar het is een pup, nog een baby", zeg ik. "Hij is ruw bij zijn moeder weggerukt." En zo is dat natuurlijk ook: vanuit zijn warme nestje met zijn moeder en broertjes of zusjes zit hij nu in zijn eentje in de schuur. Als je bedenkt dat een hond een roedeldier is, dan is dat toch hartverscheurend.

Ook al gaat het om een hondje, het werkt toch op mijn moedergevoelens. Ik heb lang borstvoeding gegeven en als ik dan een baby hoorde huilen, ook als het niet mijn eigen baby was, schoot de melk toe. Dan overstroomde ik. Gelukkig ligt die tijd achter me, want anders zou het hier elke avond overstromen. Door het hondje.

zondag 7 april 2013

Met Johnny op de band

Lang waren we niet op Schiphol. De heenreis waren we namelijk te laat en op de terugreis waren we snel weer weg. We konden zo doorlopen naar de intercity naar Groningen. Toch spotten we maar liefst twee bekende Nederlanders! Op de heenreis zag mijn moeder Ruud Gullit van voren. Hij stapte stevig door, dus ik zag 'm alleen van achteren. "Hij zag er beter uit dan op televisie", zegt mijn moeder. "Best een leuke man om te zien". Dat gold ook voor zijn achterkant. Als ik op mijn moeder afga heb ik dus de kont van Ruud Gullit gezien. Maar goed, van achteren had het iedereen kunnen zijn.

Op de terugreis troffen we nog een bekende Nederlander. We stonden op de loopband keurig rechts om mensen met meer haast de ruimte te geven. Mind your step klinkt de metalige stem uit de speakers bij iedere op- en afstap van de loopband. "Mind your step", zegt mijn zus tegen mijn moeder als ze op de loopband stapt. "Mind your step", klinkt een stem achter haar. Iemand legt een hand op haar schouder. En aan die hand zit Johnny de Mol vast. "Hoi", zegt Johnny als hij bijna neus aan neus aan ons voorbij loopt. Hij kijkt ons recht aan. Het moet bizar zijn als eigenlijk iedereen je kent. Johnny is daar duidelijk niet erg gespannen onder. Hij is een leuke vent. Ook live.

zaterdag 6 april 2013

Expeditie Kopenhagen

De afgelopen dagen was ik met mijn moeder en zus in Kopenhagen. Als je op reis gaat, doe je heel veel indrukken op in korte tijd. Je beleeft van alles. Daardoor lijkt het alsof je veel langer weg bent dan die paar dagen die het feitelijk zijn.

Het reizen, het onderweg zijn, is op zich al een avontuur. We werden met de auto naar het station gebracht, vandaar ging het met de trein naar Schiphol, met het vliegtuig naar Kopenhagen, met de bus naar het centrum van Kopenhagen en vervolgens lopend naar het appartement.

Dat was in ieder geval de planning. De treinreis werd namelijk voortijdig afgebroken omdat er een aanrijding met een persoon was geweest. Een drama voor de persoon in kwestie en allen die hem of haar dierbaar zijn, maar ook lullig voor al die inzittenden van de trein die een vlucht moeten halen. Waaronder wij dus.

In Hoogeveen moesten we uitstappen. De intercity naar Schiphol ging terug naar Groningen. Dus daar stonden we, 's morgens vroeg om kwart over zes blauwbekkend op station Hoogeveen. Samen met een hele trein vol mensen die op tijd op het vliegveld willen zijn. Geen bus of taxi te bekennen. "Ja, wat wil je?", zei iemand chagrijnig: "Dit is station Hoogeveen. Het is geen Groningen of Amsterdam".

Gelukkig stond ik vooraan toen er een klein busje aankwam. Met een voet binnen de deur spreek ik de chauffeur aan. "Er is een rit voor drie personen besteld", zegt hij. "Oh, misschien zijn wij dat wel. Mijn zus is naar binnen om een busje te regelen.", zeg ik. Ik heb een hoge pet op van mijn zus: ze kan veel, maar dit zou zelfs voor haar wel een hele snelle actie zijn geweest. Toen er dan ook een oudere dame en twee heren aan kwamen wandelen, was het duidelijk dat dit busje niet voor ons bestemd was. Vreemd is het natuurlijk wel om maar drie mensen op te pikken op een station vol mensen die graag hun vlucht willen halen. Dus hou ik mijn voet tussen de deur. "Hoeveel mensen kunt u nog meenemen?", vraag ik. "Wij zijn met z'n drieën." "Er is een rit aangemaakt voor drie personen. Ik kan niet zomaar meer mensen meenemen", zegt hij. "Maar u hebt nog ruimte voor meer", zeg ik."En iedereen hier wil graag verder." Hij laat zich ontvallen dat er nog drie mensen in zouden kunnen. "Wat moet ik doen om ervoor te zorgen dat we meekunnen?", vraag ik. De chauffeur is niet onredelijk. Hij noemt het bedrag dat er neergeteld moet worden. Ik stem in en voel dat we half binnen zitten. Als de man begint de koffers te verschuiven, weet ik dat we binnen zijn. Het busje brengt ons in Zwolle. Ruim een uur later zijn we op Schiphol - met een uur vertraging, maar op tijd om ons vliegtuig te halen. Expeditie Kopenhagen was gelukkig een survivaltocht met een goede afloop.



dinsdag 2 april 2013

Als jij thuis bent, is thuisblijven mijn hobby

E. en ik zijn al sinds mensenheugenis bij elkaar. Zo in de loop der jaren heb ik het ontstaansverhaal van onze relatie flink opgeleukt. Ik vertel de kinderen altijd: "Ik zag hem, ik dacht dat wil ik ook en toen was het één rechte lijn." Deze versie van ons tot elkaar komen is geïnspireerd op een reclame met Rintje Ritsma. Hij had het over de topprestaties die hem inspireerden tot zijn latere prestaties. Een topprestatie is een langdurige en goede relatie natuurlijk ook, zonder dat het overigens zo aanvoelt. En net als Rintje had ik ook een inspirerend voorbeeld. Mijn ouders vertelden eerste paasdag nog dat ze al 59 jaar verloofd zijn.

Ik ben meestal redelijk expliciet en weinig origineel in het betuigen van mijn aanhankelijkheid. Dat komt bij mij gemakkelijk. Niet dat het daarom minder waard is. Maar ik waardeer het wel als iemand het mooi weet te zeggen. Laatst las ik een mooie quote van Herman Brusselmans. Hij schijnt niet heel erg gelukkig te zijn in de liefde. En dat is erg jammer, zeker als je liefde zo mooi in woorden kunt vatten. Als jij thuis bent, is thuisblijven mijn hobby, is de zin die aan het brein van Herman is ontsproten.

Mooi. En het klopt wat mij betreft helemaal: dat is bij mij eigenlijk ook zo. Tenminste: dat is doorgaans zo, maar nu even niet, want morgen ga ik met mijn moeder en mijn zus naar Kopenhagen.

maandag 1 april 2013

Real men don't wear...

Ik wist het niet, maar van hardlopen krijg je blijkbaar koude voeten. E. heeft na het hardlopen tenminste altijd koude voeten. Op zich is dat best wel vreemd. Als ik namelijk gewoon ga lopen, dan krijg ik juist warme voeten. Dus je zou zeggen dat ze dan als je hard gaat lopen nog warmer worden. Maar niet dus.

Aan koude voeten is natuurlijk best iets te doen. Een warm pittenzakje, een deken, warme sokken, of bijvoorbeeld mijn lekkere nep-Uggs. "Waarom doe je mijn pantoffels niet even aan?", zeg ik. "Dan heb je zo warme voeten." Aangezien E. en ik ongeveer dezelfde schoenmaat hebben, ligt dit bovendien binnen handbereik. "Nee", zegt hij. "Waarom niet?", zeg ik. "Daarom niet." "Oh, dat vind je natuurlijk niks", zeg ik. "Maar ze zijn hartstikke lekker warm". Ik zie het al aan zijn gezicht. Er treedt dan een soort bevriezing op. Het is zijn koppige gezicht. Ik kan op mijn kop gaan staan, maar daar wordt het helemaal niet anders van: E. gaat niet in mijn nep-Uggs lopen. Ook niet als het donker is, ook niet als alle gordijnen dicht zijn, ook niet als het ons allemaal niet uitmaakt. Het maakt hem namelijk wel iets uit. Hij verliest nog liever vijf tenen door bevriezing dan dat hij gezien wordt in mijn donkerblauwe nep-Uggs. Echte kerels dragen namelijk geen nep-Uggs.