woensdag 17 juni 2020

Supermarktontmoeting

Het is genieten
Eerder trof ik 'm wel op feestjes. Dat was in de vorige eeuw. Hij was een paar jaar ouder dan ik en was altijd samen met zijn vriendin, nu zijn vrouw. Ik was er dan samen met E, nu mijn man. 

Tegen het lijf

Een aantal jaren geleden liep ik 'm voor het eerst weer tegen het lijf in een supermarkt even verderop. Ik herkende hem niet direct, maar toen ik het eenmaal zag was het ook niet meer te missen. Destijds was hij een krullenbol met een heel eigen humor. Je kon met hem lachen. Tegenwoordig heeft hij ook al zijn haar nog - misschien iets minder krul, spierwit, maar nog een volle bos. En je kunt nog steeds met 'm lachen.  

Coronamoe

Vanmorgen doe ik mijn wekelijkse boodschappen in de Lidl. Het is er rustig. Ik passeer hem als hij bij de kassa in de rij staat. "Moi, hou ist?", zeg ik. "'t Mout weer doan wezen", zegt hij doelend op de coronamaatregelen, "nou mout ik die lopen loaten". Hij spreekt luid, zijn stem gruizig, en hij lacht hard. 

Geil

Als ik al mijn boodschappen heb gehaald, brengt hij zijn kar terug. De zon is net door de wolken gebroken, het is vochtig warm. "Smoezeg weer nait?", zeg ik. "Joooaah, geil weer", schettert hij over de parkeerplaats. Ik schiet in de lach. "Goa doe mor gaauw noar hoes tou, dat liekt mie beter", zeg ik. Hij lacht en gromt. 

Supermarktontmoetingen. Ik ben er dol op.






Geen opmerkingen:

Een reactie posten