Gisteravond zag ik een fragment van het programma
Van hagelslag naar halal. Het gaat over een reis die drie moeders met hun tot de islam bekeerde dochters maken. De moeders hebben moeite met de bekering van hun dochters. Een van de dochters draagt een nikaab. Haar moeder herkent haar niet meer. Kiezen tussen het geloof en de familie? Zonder aarzelen kiezen alle dochters voor het geloof. Het is vervreemdend.
Automatisch vraag ik me af: hoe zou ik dat eigenlijk vinden? Ik hoef er niet lang over na te denken: ik zou het maar niks vinden. Ik zou moeite hebben met iedere vorm van 'bekering' door mijn kinderen. Of het nou gaat om een religie of een ideologie. De reden daarvoor is dat ik wars ben van iedere vorm van onderwerping. En je overgeven aan een religie of ideologie betekent altijd een zekere onderwerping. En daarbij hoort voegen en niet vragen.
|
Boomerangkaart van Ahtnemas |
Het zou niet zo moeten zijn, maar ook schoolsystemen dwingen soms onderwerping af. Onze zoon sprak gisteren toevallig met een klasgenoot over een van de fundamentele uitgangspunten van zijn opvoeding: niet slikken en knikken, maar denken. "Ze willen je leren om te buigen", zei ik ooit eens naar aanleiding van een incident op school. "Dat hoef je niet te doen, je moet zelf blijven nadenken. Niet slikken en knikken, maar denken." Dat was niet tegen dovemansoren gezegd. Hij denkt en slikt niet - in de wetenschap dat wij daar achter staan.
Onderwerping zet de deur open voor blind volgen. En dat leidt tot niets dan ellende.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten