"Als jij dood gaat, dan ga ik een hele speech
houden", zegt de jongste. Ik ben benieuwd. "Wat ga je dan
vertellen?", vraag ik. "Ik ga zeggen dat het leuk met je was in goede
en in slechte tijden." Gezien de situatie en de dreigende toon waarop ze
een en ander zegt, zal dat niet alles zijn.
"Maar ik ga ook zeggen dat er
ook dingen waren die je best had kunnen verbeteren." Ze doelt op mijn
ongeduld. Ik ben bezig haar te overhoren en ze stelt mijn geduld -waarvan mij
inderdaad weinig is toebedeeld- tot het uiterste op de proef. Ze moet de
Griekse goden leren en dat lijkt maar niet door te dringen. Ze heeft de neiging
om zich te laten afleiden door een stofwolkje dat neerdwarrelt.
Wat haar
interesseert onthoudt ze wel. Zo kon ze lange tijd naar aanleiding van een
spreekbeurt in klas 6 van de basisschool tot tien tellen in het Koreaans. De
verhalen van de Griekse goden kan ze wel vertellen: dat de Grieken hun doden
muntjes op de ogen legden om de overtocht over de rivier naar de onderwereld te
bekostigen. Maar dat de god die daarbij hoort Hades is, lijkt maar niet door te
dringen. Zelfs niet als ik zeg: "De god van de onderwereld is Hades",
en haar dan direct vraag: "Wie was ook nog maar de god van de
onderwereld?", dan kijkt ze me niet-begrijpend aan. Ik val uit, ook al is
dat niet erg pedagogisch: "Als ik zeg: je mag drie koekjes pakken en ik
vraag je direct daarna: hoeveel koekjes mocht je ook alweer pakken? Dan weet
jij best dat het er drie zijn", zeg ik. "Hoe kan het dat je dit niet
onthoudt?" Ze weet het zelf ook niet en ze baalt ervan. We laten het even
rusten, oefenen later nog en dan ineens -met een paar ezelsbruggetjes erbij-
kent ze ze. Hopen dat ze het als ze morgen wakker wordt, ook nog weet.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
18-07-2024: illustratie toegevoegd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten