"Het is geen gezicht",
hijgt hij na. En dan volgt er een nauwgezette uitleg. Een broek hoort niet
boven de navel te komen. Dat
kan niet. Hijzelf draagt 'm natuurlijk precies zoals het hoort.
Maar als je moet kiezen tussen een broek die te laag hangt en eentje die te
hoog zit? Daar is geen twijfel over mogelijk: altijd kiezen voor de afzakkende
broek.
"Het is geen natuurwet",
werp ik tegen. "Het is een modewet. En die verandert. Het is maar of je
eraan mee wilt doen." En ik vertel dat bijvoorbeeld in de jaren zeventig,
ten tijde van Grease je
juist compleet voor paal stond met een afzakkende broek. Het maakt natuurlijk
geen indruk. Maar dat had ik ook niet verwacht.
Toen ik zo oud was als hij, deden we
op de lagere school een show. Een muziekgroep uit Hawaï arriveerde op Bongerd
Airport (genoemd naar het dorpshuis waarin de show werd opgevoerd). Ik was
destijds erg van de hoge onderbroeken. Mijn moeder heeft als Brugmans moeten
praten om me ervan te overtuigen dat een Hawaïmeisje haar rokje laag op de
heupen draagt.
Ik was niet
te bewegen tot het dragen van een heupslip, dus mijn moeder - niet voor één gat
te vangen- naaide één van mijn hoge Nibbelke-onderbroeken om. Niet iedere
moeder had evenveel overtuigingskracht en vindingrijkheid, getuige de foto's die
er van dit evenement zijn gemaakt. Maar die van mij godzijdank wel: bij wijze
van hoge uitzondering ging ik om en liet ik mijn onderbroek zakken tot onder de
navel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten