"Dat is binnenkort afgelopen". Ik sta voor
de kassa bij de super. De kassière is aan het woord. Ze heeft het over de
snelkassa. Daar verwijst ze de vrouw heen die met een mandje achter mijn band
volgepakt met boodschappen staat te wachten.
Rond de zomer wordt onze super een Jumbo en de sjumbo
kent geen snelkassa's. "Komt u wel eens in de Jumbo hier verderop?"
Ik vertel haar dat ik er wel eens geweest ben, maar dat ik geen fan ben.
"Bij de Jumbo zitten de kassières met z'n tweeën in een hokje met de rug
naar elkaar", vertelt ze. "Dat krijgen wij dus ook: zes kassa's en
geen snelkassa." Ik vertel haar waarom ik geen fan van de Jumbo even
verderop ben. Ze kijkt me begrijpend aan. Ook haar moeder is niet tevreden over
het beheer van de voorraad. "Ze moet soms wel eens drie keer terug voor
een product." "Het zal ook afhangen van de bedrijfsleiding", zeg
ik. Ik vestig mijn hoop namelijk op de ambities van jonge en oude baas. Zij
beaamt het. "Het zal nu wel verbeteren daar, want ze hebben het daar
overgenomen", zegt ze. Ze doelt op jonge en oude baas. Dat is nieuws voor
mij. Ik dacht dat ze de Super de Boer vlakbij mijn werk hadden overgenomen.
Maar dat blijkt alweer verleden tijd. Ik vraag haar natuurlijk naar de reden
daarvan (de voor de hand liggende doorvraag), maar die kan ze me niet geven.
Dat is dan weer een beetje onbevredigend, maar ik kom toch een stuk wijzer weer
uit de Super. Nog een maand of twee en dan zal het groen worden verruild voor
geel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten