vrijdag 28 november 2008

Pruttelend op gang

Er zijn van die dagen dat opstaan eigenlijk niet zou moeten. Dagen dat je gewoon in bed zou moeten blijven liggen. In het kader van de winterslaap of van de algehele ontspanning. Sinds ik mijn klustarget heb gehaald, is het als een pudding in elkaar gezakt. Iedere avond neem ik me opnieuw voor om vroeg naar bed te gaan. Het komt er alleen niet van. Ik kom 's morgens met moeite en pruttelend op gang. Zoals vandaag en gisteren.
Het is nog donker. Ik knip het licht even aan en zie dat het zes uur is. Dat is mijn vaste tijd van wakker worden, of het nou zomer of winter is. Ik kan nog even blijven liggen. Om kwart voor zeven gaat de wekker. Dan ben ik net weer even weggesukkeld. Ik protesteer licht. "Het is alweer kwart voor zeven", zeg ik tegen E. "We moeten alweer opstaan." E. heeft op dit moment van de dag doorgaans nog niet zoveel tekst. Dat belemmert mij verder niet. Hij maakt aanstalten om te gaan opstaan. Met een zwaai gooit hij zijn benen naast het bed. Ik heb al even liggen denken wat ik vandaag aan zal trekken naar het werk. Ik weet het niet. Vandaag zou een burka een uitkomst voor me zijn. Ik heb geen zin om te kiezen. "En ik weet ook werkelijk niet wat ik aan moet trekken", zeg ik tegen E. Het blijft even stil. "Din most mor òfzeggen", zegt hij zonder met zijn ogen te knipperen. We schieten allebei tegelijk in de lach. Grappig, want ondenkbaar. Met mijn arbeidsmoraal gaat dat echt niet.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten