In ieder gezin ontstaat op den duur een taakverdeling. Zo ook bij ons. Ik doe de was, de boodschappen, E. maakt de broodtrommels, zet de vuilnis buiten, zet koffie. En zo gaat het ook met de andere taken. Vrijdag ging ik experimenteel boodschappen doen bij de Jumbo. En nu, in de loop van de week, komen we erachter, dat we moeten gaan bijshoppen. Ik was dusdanig van de leg door de andere winkel, dat ik een aantal zaken gewoon ben vergeten. Maandag kwamen we er al achter dat ik geen winterwortels had meegenomen. Dus zat ik maandagochtend onwennig te happen in een harde appel. Maandagmiddag bleek dat de thee die ik voor rooibosthee had aangezien citroenthee was. Vandaag blijkt er onvoldoende vleesbeleg voor op het brood. Ook de favoriete Roosviceemix van de meisjes met aardbei en kiwi is nu op. Het overkomt me bijna nooit. Ik plan een week -al zeg ik het zelf- vrij gemakkelijk in.
Commentaar krijg ik er niet op. Dat is geen toeval. Ik ben namelijk totaal niet gehecht aan mijn taken. Als iemand anders denkt dat hij of zij het beter kan? Doen! Dan laat ik het rustig aan de ander over. E. weet dat en begeeft zich als een waar politicus in het spanningsveld. Ik zeg: "Nou, het is me wel ontkomen deze week. Ik heb er maar een potje van gemaakt." Ik zie E. denken: hier trap ik niet in. En dan komt hij met een briljante maar ook zeer doorzichtige move: "Het geeft niet hoor, wij hebben er het volste vertrouwen in dat je het weer onder controle krijgt."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten