Retour
De lijst
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
De soundtrack bij de blog is:
Een van de hoofdstukken in het boek heet One size fits men. In onderzoek en ontwerp is de man de standaard, terwijl vrouwen toch de helft van de wereldbevolking uitmaken. Zo wordt er bij het ontwerpen van auto's uitgegaan van de man, waardoor vrouwen vaak ernstiger gewond raken bij ongelukken. Een piano is gemaakt op de reikwijdte van een mannenhand, waardoor vrouwen sneller geblesseerd raken als ze piano spelen. Het 7/8 klavier werd pas gemaakt toen een getalenteerde man met kleine handen er problemen mee had. En zo kunnen we nog wel even doorgaan.
Uit onderzoek blijkt dat medewerkers in de zorg het meest met agressie te maken hebben. Maar ook in dat onderzoek is geen rekening gehouden met het onderscheid tussen mannen en vrouwen. Zou je dat wel doen -eigenlijk redelijk voor de hand liggend, omdat het merendeel van de medewerkers in de zorg vrouw is- dan blijkt dat vooral vrouwen in de zorg veel met agressie te maken hebben. Schokkend is ook de medische component: vrouwen reageren anders op medicijnen dan mannen. Symptomen uiten zich anders bij vrouwen dan bij mannen. Testen worden vaak op mannen uitgevoerd, omdat de invloed van een vrouwencyclus in onderzoek wordt gezien als een complicerende factor. Daardoor geldt de mannelijke maat. Vrouwen sterven vaker aan een hartaanval dan mannen, omdat het vaak niet herkend wordt. Vrouwen hebben vaak geen last van druk op de borst en pijn in de linkerarm. Als je het verschil niet onderkent, kun je er ook geen passende actie op ondernemen.
Natuurlijk kent iedere vrouw voorbeelden uit haar eigen geschiedenis. Mijn moeder werkte in de jaren vijftig in een naaiatelier. Toen de (mannelijke) kleermaker ziek werd, kreeg ze zijn werk erbij. Het leek mijn moeder logisch dat ze dan ook het salaris van de mannelijke kleermaker zou krijgen. Heel fair en een goede deal, dacht ze. Ze deed immers niet alleen zijn werk, maar ook haar eigen werk nog gewoon. Ze werd door de mannelijke eigenaren weggelachen. Daar kon toch echt geen sprake van zijn. Ze besloot op te stappen. Vlak voor haar vertrek boden ze haar toch het salaris van de kleermaker aan. Maar ze mocht er met niemand over praten. Maar dat aanbod kwam te laat. Ze is vertrokken naar een baan waar ze minder verdiende, maar wel serieus werd genomen. Nog altijd verdienen mannen meer voor hetzelfde werk dan vrouwen.
Voor mijn generatie was het al beter. Waar mijn moeder nog automatisch ontslagen werd toen ze ging trouwen, was dat voor onze generatie al niet meer het geval. Maar toen ik in 1992 zwanger werd van de oudste, was het in de praktijk nog niet gemakkelijk om te blijven werken. Ik wilde graag dat mijn dochter naar de kinderopvang ging. In onze door mannen bestuurde organisatie was echter nog geen regeling voor kinderopvang. En het kinderdagverblijf nam geen particuliere klanten aan. Dus de enige weg naar binnen was via een organisatie. Uiteindelijk heb ik het zo geregeld dat mijn werkgever zijn naam verbond en ik de kosten droeg. Daarna heb ik het in ons personeelsblad gepubliceerd, zodat vrouwen die in eenzelfde situatie zaten - en voor wie deze optie een oplossing was- het ook op die manier konden regelen. Dat ik het zo kon regelen, lukte alleen omdat ik dichtbij het bestuur werkte en ze wilden graag dat ik dat bleef doen. Anders had ik geen schijn van kans gehad.
Voor wie het wil weten, raad ik het boek van Caroline Criado Perez aan. Het boek verdient het om gelezen te worden. Zeker omdat ze voor wat ze beweert en staaft met onderzoek, wordt bedreigd en belachelijk gemaakt. We hebben dus al veel stappen gezet, maar we hebben nog een lange weg te gaan.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
Nog geen uur later hangt ze aan de lijn. Ze heeft mijn reactie gezien en wil het even rechtzetten. Zij heeft namelijk te maken met heel veel mensen die de basics nog niet kennen. Daar heb ik geen idee van. Mijn kennis is duidelijk 'next level'. Ze heeft het verkeerd ingeschat. Ik laat haar even praten. Er volgt nog een hoop onnodig geslijm. De smiley gebruikt ze dan omdat ze het kennisniveau niet kan inschatten en dat is dan bedoeld als afzwakking of relativering, vertelt ze. "Een lullige opmerking met een smiley erachter blijft nog steeds een lullige opmerking", zeg ik. Daar valt ze even stil van. Maar ze herpakt zich en verzekert mij dat ze in het vervolg nooit weer de fout zal maken om mij verkeerd in te schatten. Nee, dat denk ik ook niet.
Ik denk dat het de bedoeling is dat ik mijn reactie nu verwijder. Maar dat doe ik niet.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is van:
Meestal wordt de plek van de prik bij mij wel rood en gevoelig. De griepprik zorgde voor een flinke rode bobbel op mijn linkerarm. De coronaprik werd gewoon in die rode bobbel geprikt. De pneumokokkenprik gaf een heel andere reactie. Mijn zus had 'm al eerder gehaald en die had een allergische reactie in haar hele arm. Zo erg was het bij mij niet, maar mijn bovenarm nam ook indrukwekkende proporties aan. Ik stuurde een foto naar mijn moeder en zussen in onze appgroep Moeke en de wichter. 'Is dat je been?' vraagt mijn moeder. Nee, dat was het niet, maar ik ontwikkelde wel een soort knietje op mijn bovenarm. En echt lekker voelde ik me niet. Onze oudste vond het zelfs op vleugels lijken. Woensdag was het nog wel heel dik en heet, maar minder hard en branderig. Donderdag begon het blauw te worden.
De coronaprik haal ik donderdag in een wijkgebouw hier in de buurt. Het gaat er gemoedelijk aan toe. Iedereen moet eerst langs de dokter. Die neemt alle tijd voor een praatje. Niet alleen met mij, maar ook met iedereen die voor me in de rij staat. Hij neemt mijn papieren door en heeft nog wat vragen. 'Waar wilt u geprikt worden?' vraagt hij. 'Links maar', zeg ik. Ik vertel dat ik al twee prikken heb gehad deze week en dat ik op beide wel een reactie had. Dat wil hij wel even zien. 'Er is niet goed afgedrukt', zegt hij. Het is een voor mij onbekend fenomeen, terwijl ik toch flink wat medische kennis heb verzameld door het kijken van ziekenhuisseries. En over mijn rechterbovenarm is hij kort: 'Dat is een bloeding in de spier'. Hij schrijft op mijn formulier: 2 minuten afdrukken. En dat gebeurt.
Of het aan het afdrukken lag of aan iets anders, maar de coronaprik gaf minder reactie. Afijn, het is goed dat ik het weet. Zo'n kleine medische handeling als 2 minuten afdrukken kan ik prima in mijn assortiment kleine medische ingrepen opnemen.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
Ik heb zeer uitgesproken ideeën over hoe ik me wil kleden. Dat had ik al van jongs af aan. Mijn moeder vertelt graag dat ik "Zo ging ik nait noar schoul" zei, toen ik iemand voorbij zag komen in een outfitje dat mijn goedkeuring niet weg kon dragen. Ik ging zelf toen nog niet naar school.
Ik denk dat je je naar je figuur moet kleden. Zo'n slobberbroek van dikke stof of een boxy trui doen niets voor mij. Dus die laat ik mooi liggen. Hetzelfde geldt voor trendkleuren. Is het geen kleur die je goed staat? Dan maar niet. Als je je niets aantrekt van trends, dan kun je je kleren maar blijven dragen zolang je figuur niet al te drastisch verandert. Mijn garderobe is dan ook redelijk trend- en tijdloos. Onlangs tikte ik voor €2,50 bij de kringloop een van mijn favoriete modellen broek van Miller & Monroe (z.g.a.n.) op de kop. Miller & Monroe ging in 2019 al failliet. En het kan nog gekker. Ik heb zelfs een mantel van mijn overgrootmoeder in de kast hangen. Die had ongeveer hetzelfde figuur als ik blijkbaar. En ik vind de getailleerde jas mooi.
Het is voor mij dus geen verrassing dat ik totally outdated ben.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
Het idee van One touch is dat je alles maar één keer aanraakt. Dus de jas direct op de kapstok, gebruikte borden of kopjes niet eerst op het aanrecht, maar direct in de vaatwasser, een uitgelezen boek direct in de kast of de bibliotheektas, de tas direct in de tassenmand en gekochte spullen direct daar waar ze horen. Het klinkt simpel maar voor mij is dit heel erg moeilijk. Twee touches lijkt voor mij het minimum. En soms heb ik wel vier touches te pakken. Vanmorgen betrap ik me er weer op dat ik mijn jasje over een stoel hang. Die hoort direct op de kapstok! Ik ben verder goed bezig met een uitgelezen boek en ook de boodschappen worden direct opgeruimd.
Overigens geldt het niet voor intermenselijke touches. Ik zag vanmorgen een filmpje voorbij komen dat ik al eerder zag. Daarin staat dat mensen die elkaar een aantal keren per dag 22 seconden lang omhelzen of meer dan 6 seconden lang kussen, veel ouder worden dan anderen. Door de aanraking komt oxytocine vrij. Dat vermindert stress en dat maakt dat je langer leeft. Uiteraard is dit ook een principe dat ik van harte omhels. E. en ik wisselen beslist geen gehaaste kussen meer uit.
Als ik dit zo doorzet, dan koers ik rechtstreeks af op een win-win-situatie. Ik hou meer tijd over door de one touch, dat kan ik dan weer besteden aan omhelzingen van 22 seconden of de minimaal 6 seconden kus. Door dat te doen leef ik langer en heb ik dus ook weer meer tijd.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
👍 Ik vind veel ok
🤣 Ik ken veel grappige mensen
😉 Je moet alles niet te serieus nemen
😲 63 jaar en nog steeds regelmatig verbaasd
😘 Ik ben niet zuinig met mijn affectie
🧡 Geweldig, er is veel liefde in mijn leven
Het hartje dat ik gebruik is rood, maar die was hier niet voorhanden, vandaar een oranje. Deze toelichting is even nodig, omdat kleine variaties op of combinaties van emoji's soms een volstrekt andere betekenis hebben. Daarom beperk ik mijn gebruik tegenwoordig voornamelijk tot deze zes.
De dochter is de emoji-koningin. Haar boodschappen bestaan soms volledig uit emoticons. Vaak is dat te cryptisch voor mij. Laatst stuurde ze me 🧡. Die snap ik. Dat betekent Liefde voor jou of liefde voor jullie. Ze zegt het namelijk ook vaak genoeg. Ik heb net even een door Outlander geïnspireerd momentje en reageer: Ik ook van jou eerstgeborene, vlees van mijn vlees, bloed van mijn bloed. (Het is eigenlijk bone of my bones and flesh of my flesh, maar zo tekstvast ben ik dan ook weer niet.) Zij reageert in dezelfde stijl met: Mooi baarmoeder, gever en redder van leven, eeuwig houder van cellen. Ook al is dit tekst, ik snap 'm niet helemaal. Baarmoeder en gever van leven zijn voor de hand liggend - ik ben haar moeder. Redder van leven snap ik ook, omdat ik op tijd wakker werd toen ons huis in brand stond. Maar eeuwig houder van cellen? Dat vraagt om toelichting. De dochter is een vat vol weetjes. Dat blijkt wel weer. Je houdt van ieder kind dat je baart altijd cellen in je lichaam, vertelt ze.
🧡😲
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
Ik ben direct en ik ga er ook vaak met gestrekte benen in. Ik schuw een confrontatie niet. "Het is een reactie van mijn lichaam", zei onze jongste altijd. Voor haar was dat het verweer als ze vond dat ze er niks aan kon doen. Dat geldt voor mij ook. Ik kan het niet helpen. Ik ben direct. Dat wordt niet altijd gewaardeerd, maar meestal wel. En de nieuwe baas kan het hebben. Dat spreekt voor hem.
Ooit was er een interim bestuurder die ons door moeilijke tijden moest loodsen. Hij kwam daarvoor helemaal uit België. Hij was graag duidelijk en transparant. Om zijn licht op te steken over de gewenste koers, ging hij bij al onze vestigingen langs en sprak met veel mensen, veelal Groningers. En daar trof hij de gewenste duidelijkheid en transparantie ruimschoots aan. Maar deze graad van directheid was hij in zijn loopbaan nog niet eerder tegengekomen. Hij had er ook een term voor: radicale transparantie.
Helemaal niet raar.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
Ik kan wel even een stressreducerende interventie gebruiken. Ik kan mezelf namelijk behoorlijk 'oplontjen'. Oplontjen is een door mijn zoon bedacht Gronings woord voor explosief ergeren. Daar hebben we echt een apart woord voor nodig, omdat het bij hem -net als bij mij- regelmatig voorkomt.
De vogelgeluiden zijn heerlijk. Ik heb nog een kleine kink in de kabel als spotify na twee nummers vogelgeluiden Deep space lullaby er tussendoor gooit. Dat klinkt meer als walvisgeluiden die in psychedelische muziek zijn gemixt. Daar moet ik natuurlijk op ingrijpen. Vogelgeluiden zijn vogelgeluiden. De kleine ingreep haalt me wel even uit mijn kalme modus, maar ik herpak me al snel weer.
Na zeven minuten gaat de timer af. "En heeft het gewerkt?", vraagt E. "Nog niet genoeg", zeg ik. "Laat me ook nog maar even aan je oksel ruiken." De lucht van je partner werkt namelijk ook stressreducerend. Dat leerde ik al een tijd geleden. Ook wetenschappelijk bewezen.
Ik ben dol op de wetenschap. Geef me er meer van.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is van de geweldige Frazey Ford:
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is natuurlijk:
Een ervan geeft aan welke rijstijl je hebt. Er zijn drie smaken: economisch, normaal en sportief. Economisch scoort 91%. Dat is natuurlijk gunstig en dat merken we ook aan het benzineverbruik. Bovendien rijden we voornamelijk in gebieden waar je niet harder dan 60 kilometer mag rijden. Met de cruise control erop zit je dan al snel in de ecostand. Normaal scoort 9%. Dat is helemaal niks. Wie streeft er nou naar normaal? Ik in ieder geval niet. En tot mijn schrik scoort sportief 0%. Dus ik moet mijn zelfbeeld bijstellen. Ik ben een economische rijder en dat is misschien wel kostenefficiënter, maar het is natuurlijk lang niet zo sexy als een sportieve rijder.
Misschien moet ik het maar niet verder vertellen.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is (alweer van):
Maar een sticker met Kutland op je auto plakken? Dat snap ik niet. Er gaat namelijk ook heel veel goed in dit land. Als je hier ziek wordt, hoef je niet bang te zijn dat je dakloos eindigt, omdat je de ziektekosten niet kunt betalen. Hetzelfde geldt wanneer je geen werk hebt. Dat is een groot goed. Onze bestaanszekerheid is niet in het geding. En voor de man die voor me rijdt geldt dat al helemaal. Hij heeft immers een auto waar hij die sticker op kan plakken.
E. en ik hadden het er laatst nog over. We reden terug naar huis vanuit het ziekenhuis. We kregen tegenvallend, maar geen verontrustend nieuws. Wel was duidelijk dat ik veel medicatie moet gaan slikken. Daar ben ik geen fan van. Maar het moet om goed te blijven functioneren. "Wat een geluk dat we in Nederland wonen, zeg ik tegen E. Als we in Amerika woonden zouden we failliet gaan. En in Afrika zou ik deze zorg en medicijnen misschien niet kunnen krijgen. Dan zou ik doodgaan." "Dus we hebben weer mazzel", zegt E.
En ja, zo zie ik het: ik heb mazzel dat ik hier geboren ben.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
Als de eksters even ergens anders foerageren, scharrelen de houtduiven gemoedelijk rond. Ze gaan af en toe zelfs even in het gras liggen en pikken in ons -niet zo Engelse- gazon. Het is een vredig gezicht. Tot de eksters komen. Die jagen ze op tot buiten onze erfgrens en gaan dan op jacht naar iets eetbaars. Wormen en emelten zat.
De eksters komen elk jaar terug. Inmiddels zijn de eksters met z'n zessen. Het paar heeft vier jongen gekregen. Best veel vind ik. Maar het kan, vertelt de site van de vogelbescherming. En ze blijven drie jaar bij hun ouders. Met z'n allen vormen ze dan een jeugdbende. In de jeugdbendes doen ze de ervaring op die ze nodig hebben om zelf jongen groot te kunnen brengen.
En het lijkt inderdaad wel op een bende. Ze spelen echt powerplay. Dus nu noemen we ze De bende van Bekster. Ik geniet ervan.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
Achteraf had ik het kunnen weten. Ik meet regelmatig mijn bloeddruk en maak daar dan een foto van. Sinds ik die gewoonte oppakte stond er bovenin ook een bibberend hartje - het teken van een ritmestoornis. Maar ik was gefocust op de bloeddruk en had dat gewoon gezien als een kloppend hart (net als de emoji 💓). En in de sportschool registreerden de fietsen mijn hartslag niet. Die herkenden dat gerommel dat voor mijn hartslag door moest gaan natuurlijk niet.
Het hart is er niet op gemaakt om voortdurend een marathon te lopen. Dus daar moest iets aan gedaan worden. Ik kreeg een klap op het hart om het ritme te herstellen. Dat lukte drie weken lang. Daarna sloeg het weer op hol. Tot het zich op een dinsdagmiddag om kwart over vier spontaan weer herstelde.
De cardioloog schrijft medicatie voor om het hart aan te moedigen dit ritme vast te houden. Daarvoor brengen ze de hartslag rigoureus omlaag. Zo laag dat het ook weer niet fijn is. "Als je me om zeep wilt helpen, hoef je geen kussen op mijn hoofd te drukken", zeg ik tegen E. "Een zakdoek volstaat." Vooralsnog ziet hij daar vanaf.
Ik had al een redelijke medische woordenschat dankzij mijn voorkeur voor ziekenhuisseries, maar die is de afgelopen tijd nog behoorlijk uitgebreid. Mijn lage hartslag heet bradycardy, Mijn rommelige hoge hartslag heet atriumfibrilleren. De schade die het hart heeft opgelopen heet Tachycardiomyopathie. Het meest verrast was ik nog door het gebruik van het niet-medische marineren. "We marineren het hart met medicatie", zegt mijn hartfalenverpleegkundige. Het is inmiddels goed gemarineerd en het goede nieuws is dat de schade aan het hart (deels) omkeerbaar is als mijn hart maar in een gewoon ritme blijft kloppen.
Dat E. mijn hart nog steeds sneller doet kloppen, bleek toen ik aan een hartmonitor lag en mijn oog op hem viel. Officieel geregistreerd en wetenschappelijk bewezen. Het is een groot geluk.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
"Als je veel verkleinwoorden gebruikt, ben je een trut." Mijn docent Taalkunde aan de universiteit zei het zonder met zijn ogen te knipperen. En verder knipperde ook niemand met haar of zijn ogen. Dat soort dingen kon je destijds gewoon zeggen. Het heeft wel indruk gemaakt, want ik ben het nooit vergeten. Volgens die maatstaf is enige truttigheid mij niet vreemd. Als ik het over een bloes heb, praat ik graag over een bloesje. Terwijl het feitelijk geen bloesje is: om mijn bovenlichaam netjes te bedekken heb ik echt de volwassen versie van een bloes nodig. Maar ik ben de enige niet. In het uitgaansleven wordt het veel gebruikt: je bestelt een biertje of neemt een wijntje, pakt een terrasje of een bioscoopje. Verkleinwoorden zijn bedoeld om iets wat kleiner is aan te duiden, maar worden ook gebruikt om dingen kleiner te laten lijken (vandaar het bloesje).
De afgelopen week waren we in Vlaanderen. Daar viert het verkleinwoord pas echt hoogtij. Ze gaan er helemaal op los: in het dagelijkse taalgebruik, maar ook op schrift en bij officiële instanties. Op een menukaart: Een hongertje? Daarvoor hebben ze dan een kleine kaart. Op een officiële website om even te checken of het kraanwater in België zo gedronken kan worden: kraantjewater. (Je kunt het gewoon drinken, maar ze voegen chloor toe om te zuiveren). En in het gewone taalgebruik: Koffietje?, of als je een gesprek beëindigt: Nou saluutjes! En ook bij de naamgeving van bedrijven wordt het vaak gebruikt. Frituur 't Zeetje, café 't Zeekotje en de uitgever van een krant: 't Gazetje.
Naar de maatstaven van mijn docent zou Vlaanderen dus bol staan van de truttigheid. Maar voor wie daar niet tegenop ziet: Vlaanderen, van harte aanbevolen!
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
"Ik dacht altijd dat het roekoe was", zegt mijn zus. Maar volgens haar is het dus altijd Roekoeroe. Mijn schoonvader roekoede altijd bij de hofmakerij van zijn zoons. Mijn schoonzusje kon het smakelijk vertellen. Tegen de tijd dat E. zover was, was zijn vader er overheen gegroeid. Ik heb het dus alleen van de overlevering.
Vanmorgen zijn het niet de houtduiven die me wakker maken. Het is mijn telefoon. Ik krijg voor zes uur al een appje van de jongste. Ze is net verhuisd naar haar nieuwe huis. Ze heeft een vraag over het afval. "Verfspullen moeten bij het chemisch afval", vertel ik haar. We appen nog wat heen en weer en dan zegt ze: "Wat ben jij trouwens al vroeg wakker". "Dat komt omdat jij me wakker hebt geappt", zeg ik. Dat was nog niet bij haar opgekomen. Ook onze zoon komt op de lijn. Het is vlak na zessen. Hij is zijn werkschoenen hier gisteren vergeten. Maar hij lost het op door vandaag zijn klompen aan te trekken.
Om kwart voor zeven komt het laatste appje. Ik ben dan klaarwakker. En dan hoor ik ze: de houtduiven. Deze keer niet op ons dak, maar op dat van de buren. En mijn zus heeft gelijk. Het is Roekoeroe. Maar soms komt er dan toch nog een Roekoe achteraan.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
Vorig weekend waren we bij mijn moeder en toen zagen we een van de twee oudsten voorbij komen. Ze was aan het rolschaatsen. Haar rolschaatsen zijn fluoriserend roze. Ze lijken op skeelers en zo noemt ze ze vast ook. Ze rolschaatst onder supervisie van haar vader. Op de stoep trekt ze ze nog even steviger vast. En daar gaat ze dan weer. Indrukwekkend voor een vijfjarige.
Ook wij hadden een periode waarin we regelmatig rolschaatsten. Die zagen er toen nog heel anders uit. Mijn zusje had een paar rolschaatsen met vier wielen met een stopper ervoor. Van de overbuurvrouw kregen we een vooroorlogs paar, zodat we ook samen konden schaatsen. Die rolschaatsen hadden ijzeren wielen. En de stopper voorop ontbrak. Als we bij de dijk naar beneden schaatsten, kon je met die rolschaatsen met ijzeren wielen flink vaart maken. Stoppen was eigenlijk geen optie bij een afdaling. Dat had op zijn minst tot gebroken enkels geleid. Op een vlak stuk ging het niet zo hard. Het was namelijk al een hele toer om de rolschaatsen van de grond te krijgen. Ze waren loodzwaar.
Achteraf bekeken was het natuurlijk levensgevaarlijk. Maar er was toen nog niet zoveel verkeer. Het dorp was onze speeltuin. We speelden onder en rond de houtzaagmolen. In de zomer werd er in het (drukbevaren) kanaal gezwommen. We kregen mazelen. We kenden nog mensen die polio hadden gehad. We zeiden nooit dat iets tof was. Eerder te gek. We braken een dubbellikker door. We fietsten op eigen kracht. We hadden drie Nederlandstalige kanalen op TV. Zondags gingen we een stukje rijden met de luxe wagen. Van een sportschool hadden we nog nooit gehoord. Hardlopen deed je niet voor de lol als je volwassen was. En we hadden alleen maar offline tijd.
Het lijkt een eeuwigheid en tegelijkertijd nog maar kort geleden.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
Vorige week liep ik er langs en toen zag ik twee roze stoelen met spiegels ervoor. "Er komt nog een kapper", zeg ik tegen E. We zaten er al niet zonder. En vandaag komt de jongste dus met nieuwe informatie. Een kapper hier verderop -niet onze eigen sterrenkapper- gaat een tweede vestiging openen. "Met meer ontspanningsmogelijkheden", zegt de jongste. De oudste is er ook net. "Thaise massage?", vraagt ze. Nee, dat niet, volgens de jongste. "Ik zag zo'n ding met buizen", zeg E. De meeste mensen zouden het een zonnebank noemen. We gaan het zien.
Maar goed. Mijn enthousiasme is groot. Niet dat ik verwacht dat ik regelmatig op zo'n ding met buizen zal liggen. Of dat ik qua hairstyling vreemd zou gaan. Ik kijk wel uit. Maar stel je toch eens voor: een kapper ziet er brood in om in onze middelgrote woonplaats twee zaken te openen. Dat getuigt toch van stadse allure. "Sappemeer is het episch centrum voor coiffure", zeg ik tegen E. "Ja, en patat." vult hij aan. En inderdaad: hier vind je de best gekapte patateters in de regio. Wie wil er niet wonen?
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
Ik ben ook echt een voorstander van het kleine persoonlijke protest. Dat begon al toen ik nog heel jong was, in klas 3 of 4 van de lagere school. Ik liep uit protest van school. We moesten strafwerk schrijven en ik vond dat niet terecht. Dus liep ik weg. Mijn moeder vertelde me dat ze het erg dapper van me vond dat ik voor mijn mening opkwam. Ik hoefde ook nooit verplicht mijn excuses aanbieden als ik geen spijt had. Dus dat deed ik ook niet. Maar ik moest natuurlijk wel weer terug naar school en de consequenties onder ogen zien. En meester was boos, erg boos. Ik heb het geïncasseerd.
In de hoogste klassen van de lagere school ben ik nog een keer weggelopen. Ook omdat ik iets niet rechtvaardig vond. Hetzelfde verhaal. Weer terug naar school en naar het kamertje van meester. Die was weer niet blij.
Als groep protesteerden we ook wel eens. Ik vertel het hier thuis. "Wij protesteerden tegen lange mat", zeg ik. "Dan riepen we WIJ PROTESTEREN TEGEN LANGE MAT!". Hier thuis kijken ze me wazig aan. "Waarom?" zegt onze zoon die net getuige is van deze nostalgische oprisping. "Omdat we lange mat niet leuk vonden natuurlijk", zeg ik. Ik probeer E. er bij in te trekken. "Deden jullie dat dan niet op school?" E. ontkent. Bij hem op school geen protestacties.
Ik ben blijkbaar opgegroeid in een kleine radicale kern. En het zit natuurlijk in de genen. Daar kreeg ik laatst nog het bewijs van. Ik was bij Certe om bloed te prikken. Bij toeval ligt mijn linkerarm voor. "Kijk, een dwarsligger." zegt de dame van Certe. "Die zien we niet zo vaak." Er is geen ontsnappen aan.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:
Deze week is het genoeg geweest. Ik ga op zoek naar een mogelijkheid om in contact te komen. Dat was gemakkelijk op deze site. Je ziet het wel eens anders. Ik vind het klantencontactformulier en maak mijn punt: Bij de carrousel met nieuwe aanwinsten onder Collectie domineren de boeken voor kinderen al een tijdje. Ik zie amper nieuwe aanwinsten voor volwassenen voorbij komen. Is het niet voor de hand liggender om de jeugdboeken in een carrousel onder het kopje Jeugd & Jongeren uit te lichten? Het punt is gemaakt, dus ik kan het weer loslaten. Ik had er dan ook niet meer aan gedacht, tot ik een reactie in mijn mailbox zie van de klantenservice: Binnen onze bibliotheek kunnen wij dit niet veranderen. Binnen 3 maanden worden collecties gerouleerd, daar hebben wij geen directe invloed op. Ik ga de vraag van je doorzetten naar de KB (Koninklijke bibliotheek). Deze gaat over dit soort dingen. Ik hoop dat je nu eerst genoeg op de hoogte bent.
Ik zie het pas twee dagen later, maar ze reageerde 10 minuten na mijn bericht al. Geweldig. Jammer dat ik niet om feedback word gevraagd, want dat was een 10 geworden. Mijn ongevraagde advies ligt nu dus bij de Koninklijke Bibliotheek. Ik ben aan het hoogste adres.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is:Mijn dochters denken altijd actief met mij mee. Hoe kan het beter? Hoe helpen we haar zo snel mogelijk weer op de been? De jongste doneert haar elektrische deken. Daar kan ik dan op de bank op liggen. Zo treft de oudste mij dinsdag rond de avond aan. De warmte doet mijn rug goed, maar verder krijg ik het er Spaans benauwd van. 'Misschien moet je zo'n gordel nemen', zegt ze. Ooit nam ik er eentje voor mijn schoonvader mee. Die bedekte de hele rug en schouders - zijn pijnpunt. Je moest 'm rond de hals dichtdoen. "Niet prettig om dat rond de nek te hebben" zeg ik. "Dan neem je eentje voor om je middel", zegt ze. Even googelen leert ons dat de Lidl zo'n gordel in de aanbieding heeft. "Ideaal", zegt ze. "Als je dan aan het werk bent en je moet zitten, dan doe je die gordel gewoon even om." Ik zie het voor me. Lange bloes erover en geen haan die er naar kraait. Het spreekt me aan. Het is mogelijk. Dat geeft de doorslag: de koop wordt gesloten.
En nu lig ik dus op de bank met de gordel om. Er is een behoorlijk loopsnoer bij, dus je kunt aangelijnd ook nog best een stukje lopen. Al met al drukt het me wel met mijn neus op mijn eigen kneuzerigheid. Maar ik zie toch nog een lichtpuntje: de gordel kruipt op naar de taille. Die heb ik dus nog.
De illustraties op mijn blog zijn afkomstig van Boomerang Cards. Hier vind je deze.
De soundtrack bij de blog is: